Bij verkeerssituaties waarbij meer dan twee voertuigen betrokken zijn, kan het voorkomen dat een voertuig gelegenheidsvoorrang kan krijgen. Hierbij leidt het elkaar verlenen van voorrang tot een cirkelredenering waarbij geen enkel voertuig in beweging mag komen omdat ze allemaal aan elkaar voorrang moeten verlenen.
Hoewel voertuig A voorrang moet verlenen aan voertuig B, kan deze toch doorrijden, omdat voertuig B ook voorrang moet verlenen aan voertuig C. Dit is het geval als B van rechts komt van A, maar A afslaat en daarom voorrang moet verlenen aan C die rechtdoor gaat op dezelfde weg. Een ander typisch voorbeeld is een kruispunt met vier rechtdoorrijdende auto's.
Uiteraard moeten de verkeersdeelnemers hierbij extra voorzichtig zijn omdat ze slechts op elkaars non-verbale communicatie kunnen terugvallen.